Artikelindex

1940 Meidagen  tss "Veendam" ligt aan de Wilhelminakade tussen brandende Boschdijk en Statendam en wordt later verhaald naar de Waalhaven

Rapport van Kapitein Filippo. 
Uittreksel uit het Havenjournaal S.S. VEENDAM – Ligplaats: Wilhelminakade, Rotterdam
Vrijdag 10 Mei 1940.
Losten met een ploeg op VI van 0 tot 3 uur. Hiermede was het schip gelost op eenig aluminium na.
Begonnen te 5 uur v.m. met diverse maatregelen te nemen met het oog op de oorlogsomstandigheden, ter beveiliging van het schip en de aan boord zich bevindende personen. Maakten stoom klaar. Legden de brandslangen uit. Sloten de electrische waterdichte deuren. Haalden proviand op voor ongeveer 70 man, welke op het schip en in de omgeving waren. Wachtten verder den loop der dingen af en namen maatregelen tegen de gebeurtenissen zooals die opkwamen.
Goed weder, lichte Nd.lijke koelte. Helder wolkendrijvende lucht.

Zaterdag 11 Mei 1940.
Verlieten te 8 uur 15 met alle aanwezige personen het schip, daar verder aan boord blijven niet raadzaam was met het oog op het daaraan verbonden levensgevaar. Hadden inmiddels in de machinekamer en aan dek zoodanige maatregelen getroffen, dat geen gevaar voor het schip kon ontstaan van scheepswege.

Zondag 12 & Maandag 13 Mei 1940. Het schip wegens overmacht verlaten.

Rapport van den Heer G. Tonnon, chef afdeling Civiele dienst

Maandag 13 Mei 1940.
Onder meer werd tijdens de vijandelijkheden getracht, toen onze schepen begonnen te branden, met de H.H. Henken en Filippo een weg te vinden om de VEENDAM te bereiken.
Dit geschiedde, naar ik mij meen te herinneren, op Maandag 13 Mei.
Ik had mij een vrijgeleide van de luchtbescherming verzekerd, teneinde te kunnen doordringen tot het tijdelijke kantoor van den Havenmeester op de Breitnerweg. Het was onze bedoeling te trachten een sleepboot te krijgen om het schip weg te sleepen. De wind daartoe gunstig en hadden wij drieën als zeeman of oud-zeeman de trossen op het voorschip willen vastmaken. De havenmeester kon echter van den militairen commandant hiertoe geen toestemming krijgen, daar de gevechten op bruggen en Boompjes nog in vollen gang waren.

Wij begaven ons toen naar de Veerhaven om onder dekking van de huizen in de Westerstraat en Maasstraat de situatie op te nemen. Vastgesteld kon worden, dat de STATENDAM, BOSCHDIJK en daarachter gelegen etablissementen in brand stonden. De branden waren gevorderd tot aan het achterschip van de VEENDAM, op welk schip een kraan [twee kranen] van den wal was gevallen. Het was temeer jammer, dat er geen mogelijkheid bestond om bij de VEENDAM te komen, daar de wind westelijk was geworden, dus gunstig voor het voorkomen van overslaan van het vuur naar de VEENDAM. In de Rijnhaven brandde het voorschip van de DINTELDIJK.

De situatie was in de Maasstraat zeer gevaarlijk door de plaatsvindende vijandelijkheden. Het was ons ook duidelijk, dat van bereiken van de VEENDAM geen sprake kon zijn, daar er overal kogels en granaten in het water sloegen.
Onder meer is bekend geworden, dat van een havenboot, die na het uitbreken van de brand op de STATENDAM dit schip ter blussching trachtte bereiken, vanaf (het schip) den wal de kapitein is doodgeschoten.
Tenslotte kwam het bombardement en Woensdag 15 Mei, toen ik mij naar de restanten van ons bedrijf in Rotterdam kon begeven. Hetgeen hier verder is geschied, blijkt ongetwijfeld uit andere rapporten.

De Civiele Dienst heeft zich in hoofdzaak bepaald tot de te nemen maatregelen van het oogenblik, t.w. maatregelen voor de opname van de magazijnen aan boord en aan wal, voeding voor de velen, die zich meldden en te werk werden gesteld en waarvan talloozen alles hadden verloren (eenige dagen werd op de VEENDAM voor ongeveer 500 menschen gekookt) etc, etc.
Het bleek al direct, dat op de VEENDAM en in de Rijnhaven de magazijnen der schepen waren opengebroken en geplunderd, w.o. de kostbare uitstalkast van den barbier van de VEENDAM. Wie dit heeft gedaan, is niet vast te stellen.

Vervolg Havenjournaal Kapitein Filipo

Dinsdag 14 Mei 1940.

Het schip wegens overmacht verlaten. Hadden in den avond eenige menschen van den terreindienst aan boord voor bewaking. Kregen door vernieling van de walkranen door oorlogsoorzaak twee kranen op het achterschip. Aan het achterschip ontstond brand, welke door middel van een brandspuit van den wal werd gebluscht.

Woensdag 15 Mei 1940.
Begaven ons met eenig personeel aan boord. Namen maatregelen tegen het brandgevaar van den wal. Gaven order aan de machinekamer voor het op gang brengen der pompen. Gaven water door middel van de noodinstallatie en later op de dag op de gewone manier. Brachten alles in gereedheid om eventueel van de gevaarlijke ligplaats te vertrekken. Gaven met meerdere stralen water op den wal om de brand, welke in de nabijheid van het schip woedde, te blusschen. Peilden de ruimen en tanken en bevonden hierbij geen bijzonderheden. Liepen verder brandwacht en bewaakten het achterschip en bovendek constant met het oog op overslaande brand door vonken. Maakten het achterschip beneden- en bovendeks goed nat.

Donderdag 16 Mei 1940.
Zetten alle maatregelen tegen brand voort. Maakten ruimen schoon en verwijderden het vuil van boord. Tuigden het laadgerij af en klaarden het dek op. Liepen doorlopende brandwacht met de scheepsofficieren.

Vrijdag 17 Mei 1940.
Zetten de maatregelen tegen brand voort. Maakten ruimen schoon. Tuigden verder af. Namen de bomen neer. Haalden met een bok de kranen van het achterschip af. Haalden het schip naar voren om verder van het brandgevaarlijke terrein te komen. Liepen doorlopende brandwacht met scheepsofficieren.

Zaterdag 18 Mei 1940.
Beschouwden het brandgevaar van den wal geweken. Bleven water aan de wal geven voor brandbestrijding aldaar. Maakten het schip verder klaar voor opleggen. Liepen doorlopende brandwacht met scheepsofficieren. Matige N.O. tot W.lijke koelte. Heldere lucht.

Zondag 19 Mei 1940.
Tengevolge van het oplaaien van den brand van het s.s. STATENDAM en mogelijk gevaar van brandende olie op het water werd order gegeven aan de machinekamer om stoomklaar te maken te 17 uur 35. Te 19 uur havenloods aan boord. Hadden te 20 uur 55 drie sleepbooten langszij. Te 21 uur 05 werden de sleepbooten en de havenloods bedankt, daar inmiddels bleek het brandgevaar voorloopig geweken. Bleven evenwel stoomklaar en met bluschmateriaal gereed. Liepen doorloopend brandwacht met de scheepsofficieren.

Joomla templates by a4joomla